Myrddin werd vorige week in het UZ verwacht voor de jaarlijkse controle van zijn niertje. Witte jassen boezemen hem allang geen angst meer in; een doktersbezoek is een uitstapje. De kindernefrologe van dienst troonde ons mee naar de onderzoekskamer voor een echo. Myrddin bleef voorbeeldig muisstil liggen bij de kriebelpraktijken (een echo in uw zij, dat kriebelt, ja).
De uitzetting op zijn niertje is er nog steeds. Er komt misschien een bijkomend onderzoek om de nierfunctie te controleren, maar dat wordt eerst op de staf besproken. Ik ben niet zo’n voorstander van al te veel onderzoeken, maar de dokter vertelde over een kindje met een gelijkaardig probleem bij wie het onlangs toch fout gegaan was, dus een onderzoek lijkt haar aangewezen. We wachten nu het advies van haar collega’s af.
Ach, die uitzetting is er en zal er nog een tijdje zijn, maar Myrddin ondervindt er geen last van, dus wij maken ons voorlopig geen zorgen.
Uitzetting of niet. Ik zie hem nog altijd heel graag! Maar ik mis hem nu toch wel een beetje. Wanneer kan ik hem nog eens een knuffel geven?
Ik duim met je mee dat er niet al te veel onderzoeken meer nodig zijn, zodat elk bezoek aan de dokter een uitstapje kan blijven en geen vervelend iets wordt.